De belichtingsdriehoek in de praktijk

In De belichtingsdriehoek beschreef ik het principe van de stops. Voor wie het even is vergeten, of gewoon even geen zin heeft de link te volgen: een stop staat voor een verdubbeling of halvering van het gemeten aanwezige en door de camera gemeten licht. De camera kijkt hoeveel licht er op de sensor zal vallen, en stelt zichzelf zo in dat er precies genoeg licht overblijft voor een goede belichting. Dat doet de camera door de sluitertijd, de lichtgevoeligheid of het diafragma te regelen.


Die automatische belichting is natuurlijk erg handig. Je hoeft je eigenlijk geen zorgen te maken over de belichting, want die is altijd goed. Alleen als je de camera in de manuele M stand hebt staan, heb je een grotere kans op een foute belichting, want dan neem je echt alles in eigen hand en dus ook de belichting. Verder is die automatische belichting een zegen.

Even tussendoor:
Je kan die beslissingen natuurlijk aan de camera overlaten door deze op de groene automatische stand te laten (beter niet doen, jij maakt de foto, niet de camera!) of de inregeling zelf te doen (beter wel doen, jij maakt de foto, niet de camera!). Als je interesse hierin hebt, kan je hier meer lezen over die instelknop.

Praktijk

Mooie woorden allemaal! Maar hoe werkt de belichtingsdriehoek in de praktijk?

Om de belichtingsdriehoek in de praktijk te zien werken, maakte ik enkele dagen geleden een kleine sequentie van verminderend licht door de invallende schemering.

Even een situatiesetting. We zaten in de tuin: de eerste keer van het jaar. De datum is 21 mei 2020. Tijdstip rond 22.20 uur. Het schemert al flink, want de zon was rond 21.40 uur ondergegaan. Ik speel een beetje met de camera, want die heb ik altijd onder handbereik, ik ga met wat langere sluitertijden spelen en stel de camera met de instelknop in op Tv. Die instelling geeft mij de mogelijkheid om de sluitertijd in te stellen.

Komt ie:
Sluitertijd: 30 seconden. Lichtgevoeligheid 100 iso. Camera mag zelf het diafragma instellen. Tafel wordt het statief, ik zet de camera neer en richt deze naar de schuur. Ik maak drie foto’s elk met 2 minuten interval.

Zie het verschil. Je kan doorscrollen met de pijtjestoetsen.

  • De schuur met tuin.
    Exif: iso 100, 30 sec, f/7.1

Zag je het verschil?
Nee hé? Klopt, er is eigenlijk geen verschil. De camera nam wel een vermindering van licht waar, en vergrootte daarom het diafragma om toch genoeg licht te vangen. De eerste foto had een diafragma van f/7.1, de tweede f/6.3 en de derde f/5.6. Het diafragma werd steeds groter om te compenseren voor de diepere schemering. Trouwens, lees hier meer over die cryptische f-waarde als je daarover meer wilt weten.

Resultaat: de foto’s zijn nagenoeg identiek. Ja, het zijn echt drie verschillende foto’s. Je kan dat toch een beetje zien aan het licht van de straatlamp: die wordt iets duidelijker.

Dat is dus de belichtingsdriehoek in de praktijk! De camera probeert zo veel mogelijk de belichting gelijk te houden. Is dat niet handig?? Zeker weten!

Wil je meer weten?

Volg dan mijn online cursus basisfotografie. Je leert dan in twee uur om mooiere foto’s te maken, en je verdient de bewondering van jouw vrienden en kennissen. 👀 👍

TIP: download deze PDF in de zijbalk en zoek de kortingscode van 10% voor deze cursus.