De grenzen van het auteursrecht

Het is een belangrijke regel dat je voor elk werk dat je maakt, elke creatie, automatisch auteursrecht verkrijgt. Hoef je niets voor te doen. Geen registratie of iets anders. Gebeurt geheel automatisch. Je verzint iets, je ontwikkelt het en maakt het tot iets tastbaars en huppetee, daar is het auteursrecht. Dat is goed! Als je iets creëert heb je daar tijd en energie in gestoken, en dan wil je niet dat een ander daarmee aan de haal gaat.

Jouw creatie. Jouw werk. Jouw eigendom.
En een ander moet daar van af blijven, tenzij jij aan die ander vooraf toestemming geeft om er aan te zitten.

Nou, zo zwart-wit is het nu ook weer niet. Auteursrecht is niet het ezeltje van de Efteling dat voor elk muntje dat je er in stopt een chocomunt uitpoept. Het ligt iets genuanceerder.

Laat ik eerst even kijken naar wat de auteurswet in artikel 1 schrijft.

“Artikel 1

Het auteursrecht is het uitsluitend recht van den maker van een werk van letterkunde, wetenschap of kunst, of van diens rechtverkrijgenden, om dit openbaar te maken en te verveelvoudigen, behoudens de beperkingen, bij de wet gesteld. “

Dat lijkt mij wel duidelijk. Dit artikel geeft de maker van een werk van letterkunde, wetenschap of kunst, of  van diens rechtverkrijgenden het exclusieve recht te beslissen over verveelvuldiging en openbaarmaking van dat werk.

Duidelijk toch?
Maak iets -> auteursrecht
Maak een boel -> boel auteursrechten

Vergeet het maar!

In het arrest Van Dale/Romme (HR 4 januari 1991, NJ 1991/608) bepaalde de Hoge Raad namelijk dat een werk alleen auteursrecht kan hebben als dit aan twee voorwaarden voldoet:

  • het heeft een eigen oorspronkelijk karakter
  • met een persoonlijk stempel van de maker

Lees even de Wiki voor de achtergronden van dit arrest, want knippen en plakken is letterlijk ook niet mijn ding (duh, het is Wikipedia en vrij, maar toch…).

Betekenis van het arrest

Het betekent dus dat jouw werk voldoende origineel, oorspronkelijk en creatief moet zijn om auteursrecht op uit te oefenen. Lukraak kopiëren van een bestaand werk is er niet bij. Er moet een substantiële eigen inbreng zijn van de maker om het werk genoeg te laten verschillen van eerder werk. Je mag niet na-apen. Je moet echt iets verzinnen en toevoegen. Er wordt iets van je gevraagd.

Bovendien moet de hand van de maker duidelijk aanwezig zijn. Bovenstaande foto is uiteraard niet door mij gemaakt, maar door mijn vriendin. Ik neem juist deze foto omdat ik juist niet degene was die op het knopje drukte. Het auteursrecht zou dus bij haar liggen. Ik had wel de hele setting vooraf bedacht en verzonnen en haar voordien duidelijk geïnstrueerd hoe zij deze foto moest maken: smartphone horizontaal houden, horizon zoveel mogelijk op eenderde houden, mij ook op 1/3 van de rechterkant houden, en pas drukken wanneer de waterlijn zich voor mij bevond (dus achter mij in het perspectief van de camera). Haar inbreng was enkel op het goede moment het scherm aanraken.. en dat moest ook een paar keer over. In deze setting ligt het auteursrecht dan ook bij mij  (Art.6 Auteurswet (en toevallig ook het portretrecht)).

Consequentie

De consequentie is dus dat een werk zich echt moet onderscheiden van andere werken. Niet totaal, want kleine toevallige overeenkomsten zijn nog aanvaardbaar, maar er moet een overwegende creatieve arbeid aan ten grondslag liggen om een werk oorspronkelijk en origineel te maken voor auteursrechtelijke bescherming.

En anders is het doeidoei met je auteursrecht voor je creatie en kunnen anderen aan je poort komen rammelen wegens auteursrechtenschendingen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *